Partij Beneden-Leeuwen
De “Leefbaar-o-meter” is een officiële website van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Op de site worden gegevens over de Leefbaarheid van 403 gemeenten gepubliceerd. Op basis van vergelijkbare kenmerken berekent de site, de leefbaarheid.
In 2016 scoort West Maas & Waal: GOED. “GOEDE GEMEENTEN” zien we ook ten oosten en ten westen van ons. Feitelijk zie je een groene gordel van Werkendam in het westen t/m Beuningen in het oosten. Een flinke strook tussen Waal (Merwede) en Maas. In het noorden en zuiden scoren onze buurgemeenten iets lager nl. “RUIM VOLDOENDE”. Je kunt dus stellen dat het goed leven is tussen de grote rivieren.
Er zijn maar drie gemeenten in Nederland met de laagste score, ZWAK. Dit zijn Rotterdam, Vlieland en Terschelling. Elf gemeenten scoren UITSTEKEND. Waaronder Wassenaar, Laren en Bloemendaal.
Terug naar onze eigen regio. West Maas & Waal grenst met zeven buurgemeenten. Druten, Maasdriel, Neder-Betuwe, Neerijnen, Oss, Tiel en Wijchen.
In feite zien we in iets meer detail de goede Leefbaarheid van het Land van Maas & Waal terug. Boudewijn de Groot zong het al in in 1966: “En onder de gouden hemel in de zilveren zon … En we praten en we zingen en we lachahahahahahaa Het land van Maas en Waal, Van Maas en Waal, Van Maas en Waal. Van Maas en Waal.”
Voor het bepalen van de Leefbaarheid worden allerlei cijfers gebruikt. Die cijfers gaan over zaken als het Woningenbestand, Bevolkingssamenstelling, de publieke Voorzieningen, de Veiligheid en de Fysieke Leefomgeving. De kwalificatie “GOED” voor West Maas & Waal is gebaseerd op de volgende waarderingscijfers:
Op het vlak van Voorzieningen scoort West Maas & Waal behoorlijk onder het landelijk gemiddelde, maar op het vlak van Veiligheid scoren we daar sterk boven.
De LEEFBAAR-O-METER is een in totaal vijf keer uitgevoerd. Door de vijf peiljaren naast elkaar te zetten, zien we dat we als gebied vooruitgaan. Maasdriel heeft zich recentelijk pas aangesloten bij de “Goede gemeenten”. Ook Tiel is gegroeid van een zesje naar een zeven!
De conclusie, het gaat goed en de ontwikkeling is positief. Daar mogen we zeker trots op zijn en van genieten. Maar we kunnen niet achterover te leunen. Sterker nog ten opzichte van 2014 zijn wij achteruitgegaan. Dat is zichtbaar in de detailgegevens. Bij de cijfers van 2016 is met pijltjes verbetering en verslechtering aangegeven. De score van 2014 is vermeld in grijze cijfers.
Ten opzichte van 2014 Gaan we op Woningsbestand en Fysieke Omgeving licht vooruit. In totaal 0,2%. Op de andere drie gaan we achteruit, in totaal 2,9%. Het is nog steeds goed maar dit mag geen trend worden. Bovendien gaan de veranderingen in onze moderne wereld heel snel. Daar moeten op voorbereid zijn en met gepast beleid op anticiperen. Onze uitdaging is om de jaren tot 2030 Leefbaarheid tussen 7-8 (tussen 5-10% boven het landelijk gemiddelde) te blijven scoren.
2017-12, Ronald Orlemans
